Twains Regels van de Schrijfkunst
Vertaald door Levina
(uit Mark Twains kritische essay over de Literaire Overtredingen
van James Fenimore Cooper)
1. Een verhaal moet iets verrichten en iets bereiken/ergens
aankomen.
2. De episoden van een verhaal moeten essentiële delen van het verhaal zijn, en
moeten het helpen te ontwikkelen.
3. De personages in een verhaal moeten levend zijn, behalve in het geval van lijken,
en de lezer moet de lijken en de mensen altijd uit elkaar kunnen houden.
4. De personages in een verhaal, dood en levend, moeten voldoende excuus tonen waarom
ze in het verhaal zijn.
5. Als de personages van een verhaal een gesprek hebben, moet het gesprek klinken als een
menselijk gesprek, en moet er worden gesproken zoals mensen waarschijnlijk
zouden praten in de situatie waar ze in zitten, een te achterhalen betekenis en
een te achterhalen doel hebben, relevantie tonen, in de buurt van het onderwerp
blijven, interessant zijn voor de lezer, aan het verhaal bijdragen, en stoppen
wanneer de mensen niets meer kunnen bedenken om te zeggen.
6. Wanneer de auteur het karakter van een persoon uit het verhaal beschrijft, moet het
gedrag en het gesprek van dat personage de gegeven beschrijving verantwoorden.
7. Wanneer een personage praat als een geïllustreerd, met goud gerand, in gepolijst
kalfsleer gebonden, handgemaakt, zeven dollar kostend exemplaar van Friendship’s Offering in het begin van
een alinea, mag hij niet praten als een nar aan het einde ervan
8. Gemene stompzinnigheden mogen niet worden afgeschilderd voor de lezer als “de ambacht
van de Bosjesmannen, de delicate kunst van het bos,” door hetzij de auteur, hetzij
de mensen in het verhaal.
9. De personages van een verhaal moeten zich limiteren tot de mogelijkheden en van wonderen
afblijven; of, als zij een wonder riskeren, moet de schrijver het zo
waarschijnlijk neerzetten dat het mogelijk en logisch lijkt.
10. De schrijver moet de lezer een diepe interesse in de personages van zijn verhaal
en hun lot laten voelen, en moet de lezer de goede mensen in het verhaal laten
liefhebben en de slechte laten haten.
11. De karakters in het verhaal moeten zo duidelijk gedefinieerd worden dat de lezer
van tevoren kan weten wat de personages zullen doen in een bepaald noodgeval.
En een schrijver zou
12. Moeten zeggen wat hij van plan is te zeggen, en niet enkel in de buurt komen ervan.
13. Het goede woord moeten gebruiken, niet zijn achterneef.
14. Overdaad moeten ontwijken.
15. Belangrijke details niet moeten weglaten.
16. Slonzigheid moeten vermijden
17. Goede grammatica moeten gebruiken.
18. Een simpele, oprechte stijl moeten hanteren.
Ik ben deze regels ooit tegengekomen toen iemand op Livejournal ging kijken of Stephenie Meyers Breaking Dawn eraan voldeed (voor de geïnteresseerden: van de eerste elf regels voldeed het boek enkel aan regel zeven en voor de helft aan regel één) en ik heb de regels destijds vertaald uit pure verveling. Ik dacht dat jullie ze misschien wel interessant of leerzaam zouden vinden (dit is immers een schrijfforum), dus heb ik ze hier gepost.
Vertaald door Levina
(uit Mark Twains kritische essay over de Literaire Overtredingen
van James Fenimore Cooper)
1. Een verhaal moet iets verrichten en iets bereiken/ergens
aankomen.
2. De episoden van een verhaal moeten essentiële delen van het verhaal zijn, en
moeten het helpen te ontwikkelen.
3. De personages in een verhaal moeten levend zijn, behalve in het geval van lijken,
en de lezer moet de lijken en de mensen altijd uit elkaar kunnen houden.
4. De personages in een verhaal, dood en levend, moeten voldoende excuus tonen waarom
ze in het verhaal zijn.
5. Als de personages van een verhaal een gesprek hebben, moet het gesprek klinken als een
menselijk gesprek, en moet er worden gesproken zoals mensen waarschijnlijk
zouden praten in de situatie waar ze in zitten, een te achterhalen betekenis en
een te achterhalen doel hebben, relevantie tonen, in de buurt van het onderwerp
blijven, interessant zijn voor de lezer, aan het verhaal bijdragen, en stoppen
wanneer de mensen niets meer kunnen bedenken om te zeggen.
6. Wanneer de auteur het karakter van een persoon uit het verhaal beschrijft, moet het
gedrag en het gesprek van dat personage de gegeven beschrijving verantwoorden.
7. Wanneer een personage praat als een geïllustreerd, met goud gerand, in gepolijst
kalfsleer gebonden, handgemaakt, zeven dollar kostend exemplaar van Friendship’s Offering in het begin van
een alinea, mag hij niet praten als een nar aan het einde ervan
8. Gemene stompzinnigheden mogen niet worden afgeschilderd voor de lezer als “de ambacht
van de Bosjesmannen, de delicate kunst van het bos,” door hetzij de auteur, hetzij
de mensen in het verhaal.
9. De personages van een verhaal moeten zich limiteren tot de mogelijkheden en van wonderen
afblijven; of, als zij een wonder riskeren, moet de schrijver het zo
waarschijnlijk neerzetten dat het mogelijk en logisch lijkt.
10. De schrijver moet de lezer een diepe interesse in de personages van zijn verhaal
en hun lot laten voelen, en moet de lezer de goede mensen in het verhaal laten
liefhebben en de slechte laten haten.
11. De karakters in het verhaal moeten zo duidelijk gedefinieerd worden dat de lezer
van tevoren kan weten wat de personages zullen doen in een bepaald noodgeval.
En een schrijver zou
12. Moeten zeggen wat hij van plan is te zeggen, en niet enkel in de buurt komen ervan.
13. Het goede woord moeten gebruiken, niet zijn achterneef.
14. Overdaad moeten ontwijken.
15. Belangrijke details niet moeten weglaten.
16. Slonzigheid moeten vermijden
17. Goede grammatica moeten gebruiken.
18. Een simpele, oprechte stijl moeten hanteren.
Ik ben deze regels ooit tegengekomen toen iemand op Livejournal ging kijken of Stephenie Meyers Breaking Dawn eraan voldeed (voor de geïnteresseerden: van de eerste elf regels voldeed het boek enkel aan regel zeven en voor de helft aan regel één) en ik heb de regels destijds vertaald uit pure verveling. Ik dacht dat jullie ze misschien wel interessant of leerzaam zouden vinden (dit is immers een schrijfforum), dus heb ik ze hier gepost.